Waarom de 'vinylboom' slecht nieuws is voor elektronische muziek

FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

Waarom de 'vinylboom' slecht nieuws is voor elektronische muziek

En onafhankelijke dancelabels zijn daar de dupe van.

Alle foto's door Daniel Brothers voor Daily VICE, tenzij anders vermeld.

Dan Hill runt Above Board, een distributiebedrijf uit Londen dat pers- en distributieovereenkomsten behandelt, ook wel P&D-deals genoemd, wat staat voor Pressing & Distribution. Zijn klantenbestand bestaat uit iconische labels als Crosstown Rebels, Rekids en Hotflush Recordings, die samenwerken met Above Board om hun platen te laten drukken en in de winkels te krijgen. In een tijd waarin de vinylverkoop in de VS het hoogst is sinds de introductie van de cd in 1989 (in de eerste helft van 2015 werden er 6 miljoen platen verkocht, in tegenstelling tot de 14 miljoen in heel 2014), zou je denken dat de zaken beter dan ooit gaan. Maar zelfs met de torenhoge sales in de hele industrie hebben onafhankelijke dancelabels volgens Dan vaak het idee dat er platen verloren gaan in de mix.

Advertentie

"Platenlabels moeten accepteren dat het tegenwoordig langer duurt om platen te maken," zegt Dan in een mail, waarin hij refereert aan de productievertragingen waar de vinylindustrie mee te kampen heeft. Hij legde onlangs aan The Guardian uit dat de lange rijen in platenpersbedrijven ervoor hebben gezorgd dat Above Board nu vaak veel langer moet wachten om de platen te kunnen persen – van drie weken naar twee tot drie maanden. "Vertragingen hebben een slechte invloed op de geldstromen als je een artiest vooraf uitbetaalt, of het uitgeeft aan grafisch design of masteren," legt hij me uit, "en het duurt veel langer voor labels om dit geld terug te verdienen."

De overload van albums die bijdragen aan deze vertraging komen onder meer door het uitbrengen van populaire albums, zoals die van Adele, 25, waarvan er binnen de eerste week al 22.000 werden verkocht op vinyl. Platen zijn weer hip, maar nu bereikt het een heel nieuw level binnen de mainstream, en bedrijven verdienen er bakken met geld aan; er is zelfs een serie op HBO die Vinyl heet.

Je kunt tegenwoordig bijna overal platen kopen – van online marktplaatsen zoals Discogs, Juno en eBay, tot lokale platenzaken, en ja – Urban Outfitters. Je kunt tegenwoordig zelfs platen kopen bij de Aldi.

Met een geschatte waarde van 222 miljoen in de eerste twee kwartalen in 2015, wordt nogmaals bevestigd dat er tegenwoordig veel geld omgaat in de platenbusiness. Maar is 'vinylboom', zoals journalisten het noemen, wel de juiste term? Of wordt vinyl gewoon anders in de markt gezet door bedrijven die meer macht hebben dan de meeste? En als dat waar is, wat voor invloed heeft dat op onafhankelijke dancelabels?

Advertentie

Als dj en eigenaar van de op house geconcentreerde platenzaak in Chicago, Gramaphone, is Michael Serafini getuige geweest van de vinylverandering in de afgelopen 10 jaar. Serafini gelooft niet echt in de vinylboom, in de zin dat hij niet gelooft dat nieuwe klanten platen echt zien als een geluidsdrager. In plaats daarvan ziet hij de verandering in de verkoop als het resultaat van grote labels die klassieke platen opnieuw uitbrengen als collectorsitems. Non-muziek verkopers gebruiken de cool-factor van het middel om zo andere items te verkopen. "Vinyl is een marketingtool voor die bedrijven," zegt hij over winkels als Urban Outfitters. "Ze kunnen het betalen om populaire vinyl in te kopen, of het nou klassiekers of EDM zijn, en zo krijgen ze jonge mensen naar binnen die een plaat én een broek kopen. Ze geven geen moer om welke muziek mensen kopen, omdat ze daar geen geld aan verdienen – het gaat om de grotere, duurdere items," gaat hij door. "De muziek die wordt verkocht is niet voor de echte liefhebber."

"Ze geven geen moer om welke muziek mensen kopen, omdat ze daar geen geld aan verdienen – het gaat om de grotere, duurdere items. De muziek die wordt verkocht is niet voor de echte liefhebber." — Michael Serafini, Gramaphone Records

Serafini heeft misschien wel een punt: Een onderzoek uit 2015 door de Londendse ICM Unliminted ontdekte dat 34 procent van de vinylkopers niet eens een platenspeler gebruikt of heeft. Toen ik Dan Hill van Above Board sprak over de telefoon, zei hij dat het hem opviel dat er in 2015 een flinke stijging was in klassieke verzamelalbums die opnieuw worden uitgebracht door grote labels. Die albums kunnen vaak voor een paar dollar in een tweedehands platenkrat gekocht worden. Na het bouwen van de eerste persmachines ter wereld in de zestiger jaren – waarna vinyl werd vervangen voor cd's en digitale muziek in de late jaren negentig en jaren nul –, verschijnen de grote labels nu terug op de vinylmarkt, waarmee ze indielabels compleet overstemmen.

Advertentie

"Toen we begonnen met Razor-N-Tape duurde het ongeveer zes weken voordat een plaat geperst kon worden, nu is het meer dan twaalf weken," zegt JKriv van het onafhankelijke label uit Brooklyn, dat hij samen met Aaron Dae runt. Zoals veel andere dancelabels lijdt R-N-T onder de "grote labels die waardeloze shit herdrukken waardoor de perserijen bezet zijn en niet meer toegankelijk voor kleine labels zoals dat van ons", zegt Kriv. Nu moeten ze vaak zeven maanden vooruit werken, maar voor labels die van plaat naar plaat werken is dat nogal lastig – er zijn te veel dingen om rekening mee te houden, zoals cover art, het masteren van bestanden en de producties zelf.

Aaron Dae en Jason Kriv van Razor-N-Tape

Ondanks dat elektronische vinylverkopen stijgen, geldt die toename niet voor kleinere onafhankelijke labels wiens financiële plaatje wat minder krachtig is. En met minder geld is het nog moeilijker om tegen de dure premiums en massale bestellingen van grote labels bij perserijen op te boksen.

Het komt er dus op neer dat de bestaande infrastructuur van de vinylproductie niet aan de vraag kan voldoen: volgens data, verzameld door de Nederlandse eigenaar van 's werelds grootste perserij, Ton Vermeulen, zijn er slechts 50 perserijen wereldwijd. Zijn Record Industry zit in Haarlem. De platenwereld is een van de zeldzame industrieën waar technologische vooruitgang nutteloos is; de machines werken met oude onderdelen die niet meer in productie zijn. Volgens een artikel van FACT uit 2015 kost een persmachine ongeveer 100.000 dollar, en fabrieken moeten wel eens 5000 dollar afrekenen voor een bepaald schroefje. Samen met de machines verouderen de mensen die de techniek beheersen, maar die kennis is cruciaal. "Mensen die platen goed kunnen masteren verdwijnen van onze aardbol," zegt Serafini.

Advertentie

Ton Vermeulen, eigenaar van de grootste platenperserij ter wereld Records Industry, heeft de effecten van bestellingen van grote labels op de productiewachttijden zeker gezien. Hij kocht zijn bedrijf in 1998, en tien jaar lang ging alles goed en lagen zijn verkoopcijfers rond de 150 miljoen dollar wereldwijd in één jaar tijd. In 2006 daalden deze cijfers tot onder de 50 miljoen per jaar, wat natuurlijk kwam door de opkomst van de digitalisering van muziek. Nog steeds is hij eigenaar van de fabriek en doet hij zaken met veel verschillende partijen, van de 'grote drie' – Sony, Warner en Universal – tot lokale Nederlandse technolabels zoals Clone Records.

Record Industry produceert dagelijks zo'n 30.000 platen met 33 persmachines en heeft master- en cuttingkamers in de fabriek. Alles, ook het printen van de sleeve, wordt onder één dak gedaan. Op dit moment behoudt de fabriek een stabiele productiestroom van 7 uur 's ochtends tot 11 uur 's avonds, in twee shifts. Vermeulen vertelt me dat hij hoopt de productie te kunnen verhogen naar 50.000. Met de constante toestroom van bestellingen heeft Record Industry moeite om ongeduldige klanten tevreden te houden, zowel grote labels als indielabels. "De vraag is zo groot dat we niet alles op tijd kunnen persen," zegt hij. "Natuurlijk stoppen we veel van onze capaciteit in de grote labels, maar kleine labels bestellen ook grote hoeveelheden."

Op een regenachtige herfstdag in New York bracht ik een bezoek aan Brooklynphono, een kleinere fabriek die wordt gerund door echtgenoten Fern en Tom Bernich, undergroundhouseliefhebbers die NYC techno-icoon Levon Vincent als klant en vriend hebben. Toen ik de fabriek binnenkwam drong de geur van verschillende substanties en chemicaliën mijn neus binnen, vergezeld door een orkest van pompende geluiden van de vijf persmachines van de fabriek, inclusief een 7" pers die ooit is gered van een schroothoop.

Advertentie

Een plaat vers van de pers bij Brooklynphono.

Tom en Fern zitten al meer dan tien jaar in de business, en anders dan bij het Nederlandse Records Industry beweert Fern dat de hogere vraag naar vinyl niet zoveel effect op hun productietijd van twee tot drie maanden heeft. Brooklynphono heeft een output van 2000 12" platen, en tussen de 750 en de 1000 7" platen per dag – die allemaal geperst worden in een shift van acht uur. Tom en Fern hebben door de jaren heen hun bedrijf en het productieproces zo ingericht dat de levensduur van hun machines verlengt wordt, in plaats van dat ze zo veel mogelijk platen persen.

Tom Bernich aan het werk bij de pers.

"De winstmarge voor ons is veel kleiner dan bij grotere fabrieken, dus als je grote aantallen perst en je vier of vijf machines gebruikt in plaats van drie, kun je wat geld pakken," zegt Tom. "De middelgrote jongens zijn gezond, en de grote bedrijven met meer dan twintig machines moeten het heel goed doen." Volgens Tom is de sleutel tot succes voor middelgrote fabrieken zoals Brooklynphono, een loyale klantenkring creëren en aandacht besteden aan kwaliteit. "Als je een goed product maakt en een redelijke prijs vraagt, ben je er morgen nog," zegt hij.

"Als je een goed product maakt en een redelijke prijs vraagt, ben je er morgen nog" — Tom Vernon, Brooklynphono

Onafhankelijke dancelabels hebben hun eigen manier van overleven. Justin Carter – medeoprichter van het feestcollectief en house- en technolabel Mister Saturday Night (met Eamon Harkin) uit Brooklyn – is een diehard vinylfanaat. Het paar startte hun label in 2012 en ze stonden erop om alles zelf te doen, van stempelen tot distributie.

Advertentie

"We kwamen er snel achter dat er knelpunten zijn in het productiesysteem van platen, in ieder geval in de Verenigde Staten," vertelt Carter. "Het is een trage industrie." Na een aantal jaar realiseerde Mister Saturday Night dat ze een beetje hulp nodig hadden om vooraan bij de perserij te komen. In 2013 maakten ze een productiedeal met een bedrijf dat Crosstalk heet, waaraan ze commissie betaalden om de productie en fabricage te regelen, terwijl ze zelf de volle eigendomsrechten behielden en zich voordeden als distributeurs. Uiteindelijk sloten ze een traditionele P&D-deal met een bedrijf dat FIT Distribution heet.

Justin and Justin en Eamon van Mister Saturday Night.

Het Britse Mute Recordings draait al decennia lang mee en is het thuis van beroemde experimentele elektronische acts als Depeche Mode en Moby. Zij kennen vooral problemen als er vraag is naar het opnieuw aanvullen van populaire albums. "Titels als M83's Hurry Up, We're Dreaming hebben met een uitverkochte voorraad te kampen gehad omdat herdrukken soms langer duurde dan een halfjaar," schrijft marketingmanager Nicole Blonder in een mail. Alhoewel Mute de rest voor probeert te zijn door platen van tevoren al opnieuw te bestellen, heeft het label vaak nog geen voorraad voor een bepaalde plaat. "Fans raken gefrustreerd, ze begrijpen het niet, en wij begrijpen dat dan weer wel," zegt Nicole.

Alhoewel veel distributeurs die met grote labels werken tegenwoordig veel geld verdienen, voelen diegene die alleen met indies werken vooral het gevaar. Ook Aaron Siegel van FIT Distribution uit Detroit. FIT heeft een klantenlijst met daarop iconische dancelabels uit de VS, bijvoorbeeld Sound Signature van Theo Parrish en Metroplex van Juan Atkins, maar de distributeur moet nog steeds slimme trucjes bedenken om onder vertragingen uit te komen, en zo de verwachtingen managen tussen fabrieken en ongeduldige labeleigenaren. "Het irriteert de perserijen als mensen constant vragen wanneer het klaar is," zegt hij. "Ik noem gewoon geen releasedatum meer, het is lastig inschatten wanneer dingen echt klaar zijn."Om als onafhankelijke platenbedrijf te kunnen overleven, moet je een weg vinden die deze knelpunten omzeilt. Er zijn nieuwe mensen nodig die kunnen masteren en er zijn nieuwe perserijen nodig, nieuwe persmachines en meer manieren van produceren. Newbilt Machinery's systeem is een goed begin, maar je betaalt nog steeds ongeveer 160.000 dollar voor een pers.

Groen gekleurde pallets die gebruikt worden om vinyl te maken.

Het maakt niet uit hoeveel er is veranderd in de muziekwereld, één ding is zeker: dance is er en is niet van plan te vertrekken. Over de mail vertelde Amerikaanse technoartiest Ambivalent (aka L4-4A) dat echte muziekfans en dj's altijd zullen blijven verzamelen. "Elke dj die ik ken die vinyl draait, doet dit vanuit liefde," zegt hij. "Een echte fan wil iets hebben dat hij kan vasthouden. Ik ben nooit gestopt met vinyl kopen, ook al speel ik mijn muziek ook digitaal. Dat is altijd een geheugensteuntje – het gaat niet om de spullen die je gebruikt en niet om de efficiëntie of het gemak. Het gaat om waarde hechten aan iets wat blijft."

Voor de onafhankelijke labeleigenaren die keihard werken om hun platen geperst en verscheept te krijgen, gaat het niet om snel geld verdienen en miljoenen aandachtsgeile albums verkopen: meer dan ooit gaat het om de muziek naar buiten brengen op een geluidsdrager die goed klinkt en blijvende betekenis heeft.

David Garber zit op Twitter.