De gearlove van Detroit Swindle gaat deeper dan house
Raymond van Mil

FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

De gearlove van Detroit Swindle gaat deeper dan house

“Hoe minder er vaststaat, hoe leuker het eigenlijk wordt.”

Styling door BVNKMR

Maarten Smeets en Lars Dales aka Detroit Swindle houden er een drukke agenda op na. Hun authentieke en swingvolle house is internationaal als een bom ingeslagen, en als gevolg hiervan brengen ze hun weekenden vaak door in het buitenland. Doordeweeks proberen ze ook nog tijd te vinden om in hun studio – in de kelder van het Volkshotel – bezig te zijn met nieuwe tracks en remixes.

Wie Detroit Swindle volgt op Twitter of Facebook heeft ongetwijfeld foto's van hun liveset en gear voorbij zien komen. Wij ook, en we waren nieuwsgierig naar de alsmaar groter wordende collectie van instrumenten en apparaten, dus gingen we bij ze langs in de studio. Raymond van Mil ging mee om foto's te maken.

Advertentie

THUMP: Hé jongens, wanneer zijn jullie eigenlijk begonnen met de liveset?
Lars: Al best wel vroeg, een half jaar nadat we de eerste release uithadden. Onze labelbaas Peter van Dirt Crew zei toen: "Leuk dat jullie op m'n feestje willen draaien, maar dan gaan jullie wel een liveset doen." Daar hadden we eigenlijk nog nooit wat mee gedaan, en die eerste keer was dramatisch. Onze laptop hield er halverwege mee op. De liveset bestond toen alleen maar uit twee controllers, een laptop en dat was het. Zo hebben we het een tijdje volgehouden, maar we kwamen erachter dat het op die manier een beetje te simpel was. Vanaf dat moment begon onze liefde voor gear echt te groeien – nu zijn we op een punt gekomen waarbij we proberen om de laptop zo min mogelijk te gebruiken en veel meer met hardware te doen.
Maarten: Het gaat om het verhaal dat je muzikaal neerzet. Zelfs met z'n tweeën komen we af en toe handen tekort als we heel veel live willen doen, dus wat dat betreft is die laptop toch wel heel handig, voor achtergronddingetjes en overgangen bijvoorbeeld. We zijn er wel achter gekomen dat hoe meer we aan knoppen kunnen zitten en hoe meer het een live-bewerking van onze eigen tracks is, hoe leuker het is om te doen.

De eerste keer ging het dus mis, maar jullie hebben toch doorgezet.
Maarten: De tweede keer ging heel goed en de derde keer in Panorama Bar ook. Je gaat steeds een stapje verder en leert beter opbouwen. Het is wel totaal anders dan een dj-set. Het is heel grappig om met eigen tracks bezig te zijn – het is leuk om het op zo'n manier te brengen dat mensen het herkennen, maar dat het wel anders is dan het origineel. We zijn nu een show aan het voorbereiden voor Dour in België en gaan een toetsenist meenemen. We zijn aanbeland bij een liveset 3.0, maar we weten nog niet precies hoe we het aan gaan pakken.
Lars: Hij heet Lorentz Rhode en maakt indiedance en nu-disco, hij is heel erg gericht op funk. We hebben laatst voor het eerst hier met hem geoefend en dat ging eigenlijk best wel makkelijk.

Advertentie

Komen er ooit nog meer muzikanten meewerken?
Lars: Misschien een percussionist, of misschien wel een basspeler? Wellicht ooit een voltallige band, dan doen wij het elektronische gedeelte en de rest zijn of haar specifieke dingetje. Dat zie ik wel voor me, onze muziek leent zich daar ook goed voor.

Met welke gear begon het allemaal?
Lars: Eigenlijk was dat niet echt met hardware. Het waren de Maschine en een Akai APC-40.
Maarten: Alle percussie ging via de ene, en alle audioloops via de andere. Als we wilden hoefden we niets live te maken, alles zat er al in. Daarna kwamen de Roland TR-8 en de Roland TB-3. We hadden best wel wat acidlijnen in de tracks zitten die we met de TB-3 na hadden gemaakt. Later zijn we ook het Roland System-1 keyboard mee gaan nemen en een vijfkanaals looper, de Roland RC-505. Daar gaat de microfoon in, waarmee we shakers, koebellen en woodblocks live opnemen.
Lars: De Boss RE-20 space echo gaat ook altijd mee. Daar kun je veel mee freaken

Proberen jullie de tracks na te spelen?
Maarten: Het is een soort van live-remix die we doen. Nu zonder toetsenist is het denk ik 60% de tracks zoals ze zijn en 40% improvisatie. Misschien is dat straks wel andersom of is het een en al improvisatie. Wat ik leuk vind is dat je ergens begint, maar wel al in de akkoordenset van een bepaald nummer zit en dan vanuit een jam overgaat in iets wat mensen herkennen. Je weet dan ineens waar je naar hebt zitten luisteren.

Advertentie

Jullie zijn met z'n tweeën. Is er een afspraak wie wat precies doet?
Lars: In het begin hadden we een hele duidelijke rolverdeling, maar het gaat elkaar steeds meer kruisen, omdat we alles allebei wel leuk vinden. Eerst was ik vooral van het overkoepelende geheel, de timing, de effecten. Maarten was vooral van de percussie. Naarmate er meer apparaten bijkwamen werd het steeds meer verdeeld. Als we straks een toetsenist hebben, gaan we waarschijnlijk samen de basis maken, en hij zal dan vooral de akkoorden spelen. Het is eigenlijk zoals onze dj-sets: het wijst zich vanzelf.
Maarten: Hoe minder er vaststaat, hoe leuker het wordt. Je kent elkaar door en door, dus ook met zo'n set raak je op elkaar ingespeeld en krijg je ideeën bij wat de ander doet. We praten veel tijdens de set over wat we precies willen en van plan zijn.

Het zal vast ook wel eens misgaan.
Lars: Natuurlijk gaat het af en toe mis, maar dat is niet erg. Het hoort erbij, en dan zien mensen dat je het ook echt live aan het doen bent. Laatst hebben ook voor het eerst een setlist gebruikt, voorheen deden we dat niet. Wij hoeven niet net als een band een bepaald stramien te volgen aangezien de liveset best wel open ligt.

Hebben jullie een signature-geluid of -instrument?
Lars: Het gaat bij ons vooral om rhythm, we hebben altijd veel swing in onze tracks. Natuurlijk gebruiken wel meer mensen swing, maar anderen zeggen vaak dat we zo'n lekkere hang naar achter hebben. En de Rhodes, dat is ook een geluid dat we veel gebruiken. De laatste tijd doen we ook meer met de Crumar, net als de Mono Poly.

Advertentie

Moet het live juist compact blijven of niet?
Maarten: Het hoeft geen Anthony Rother-achtige set te worden waarbij je je hele studio mee het podium opneemt, dat is misschien een beetje een overkill.
Lars: Er moet een bepaalde beperking zijn, zodat de keuze makkelijker is. Dat klinkt heel abstract, maar nogmaals, we zijn er zelf ook nog niet helemaal uit. Maar we gaan het wel uitgebreider doen dan we ooit hebben gedaan.

Dus hardware boven computers?
Maarten: Met z'n tweeën kun je heel veel meer doen met gear dan met een computer. Je hebt maar één scherm en één muis. De hardware maakt onze studio en onze liveshow een soort speeltuin.

Als je iets mee naar huis mag nemen uit de studio, wat zou dat dan zijn?
Maarten: De KORG Mono Poly.
Lars: Ik zou voor de Rhodes kiezen. Ik vind dat zo'n epic ding.

Steeds meer artiesten proberen iets live te doen. Waarin onderscheiden jullie je van de rest?
Maarten: Het gaat niet om de machines – wijzelf willen graag iets herkenbaars neerzetten met genoeg improvisatie om het muzikaal interessant te houden, maar ook met genoeg power om er een uur lang een party van te maken.
Lars: Daarnaast zijn we bezig met een visueel onderdeel voor onze show, dat doen we samen met een groep programmeurs. De focus is om die visual rond ADE te presenteren en daarna meer liveshows te gaan doen.

Detroit Swindle treedt komend weekend op tijdens Boothstock Festival. Win tickets via festivals.vice.com.

Op donderdag 17 juli kun je de liveset van Detroit Swindle checken op Dour Festival.
Detroit Swindle is te vinden op Facebook, Soundcloud en op hun website
.