FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

DinsdagDoc: Earth, Wind & Fire – Shining Stars

Strakke broeken, afro’s en openhartige muziek van de band van Maurice White die vorige week overleed.

Foto van cover That's the Way of the World

Oprichter van Earth, Wind & Fire Maurice White overleed vorige week op 74-jarige leeftijd na een zware strijd tegen Parkinson. De Afro-Amerikaanse band uit de jaren zeventig ontwikkelde zich tot een van de meest succesvolle bands uit de geschiedenis, met een eigen soort muziek die zowel funky als groovy was, met veel invloeden r&b, soul en disco. Ook was het de eerste groep met niet-blanke bandleden die de stadions net zo vol wist te krijgen als de Rolling Stones. In de documentaire van Kathryn Arnold en Stephanie Bennett uit 2001, Shining Stars, vertellen zanger en oprichter Maurice White, zijn broer en gitarist Verdine White, en zanger Philip Bailey het verhaal achter de band. De docu gaat zowel over de beginjaren met de net iets te strakke glitterbroeken, als over de roem en het uiteenvallen van de band – en ook over de terugkeer naar het podium en het winnen van de Rock and Roll Hall of Fame-prijs in 2000.

White vertelt dat het de muziek was wat hem van de straat hield. Hij begon als drummer in de band Ramsey, maar voelde snel dat hij iets heel anders wilde componeren. Ondanks de vele soul- en jazzhelden uit die tijd, was het als nieuwe 'gekleurde' band erg moeilijk om door te breken in de mainstream. Vernine vertelt dat het vooral de 'hippness' en de commerciële insteek was die Maurice toevoegde, die ervoor zorgden dat Earth, Wind & Fire een veel groter publiek bereikte. Dat deden ze met openhartige songs die vaak ook een serieuze boodschap hadden, zoals Keep Your Head To The Sky. Volgens de bandleden droegen ze met hun muziek en optredens zelfs bij aan een minder grote scheiding tussen blank en donker Amerika.

Nummers als That's The Way Of The World en Fantasy waren belangrijke platen voor de opkomst van het discogenre; ze werden veel gedraaid op plekken als The Loft en The Gallery. Maar September en Boogie Wonderland waren populair toen het discogenre steeds meer synoniem werd voor platvloerse commercie – dit waren niet meer de songs met een boodschap, maar liedjes die vooral gemaakt werden om in de hitlijsten te belanden. Veel fans geloofden niet in deze keuze voor gemak en geld, en keerden de band de rug toe. Philip Bailey, de tweede leadzanger, zegt daarover in de film: "Het gaat in de muziekwereld niet alleen om het scoren van hits. Echte muziek is oprechte muziek."